Maine Coon

Kop: Hoge jukbeenderen, neus en hoofd van gemiddelde lengte en een hoekige belijning vormend met de snuit. De kin is stevig, vormt een rechte lijn met de bovenlip en de neusspiegel. Van de zijkant gezien vertoont de neus een lichte welving ; geen stop.

Oren: Groot, voorzien van pluimen. Breed aan de basis, in een bescheiden punt uitlopend. Hoog en wijd op de kop geplaatst. Tenminste ��n oorbreedte uit elkaar.

Ogen: Groot, ovaal van vorm, wijd uit elkaar geplaatst, iets schuin staand. Elke kleur is toegestaan. Er is geen relatie tussen oog- en vachtkleur.

Lichaam: Gespierd met een brede borst van gemiddelde afmeting tot groot. Poezen zijn in het algemeen iets kleiner dan katers. Het lichaam moet lang zijn met alle delen in verhouding, zodat de indruk van een rechthoek ontstaat. Rekening moet worden gehouden met een langzame ontwikkeling.

Poten: Stevige poten, gespierd, wijd uit elkaar, van gemiddelde lengte en in verhouding met het lichaam. Voeten groot, rond, met pluizen aan de onderkant.

Staart: Breed aan de basis en uitlopend in een punt. Lang, even lang als de lengte van het lichaam. Vol, lang en vloeiend behaard. Zacht, zwaar en soepel vallend.

Vacht: De vacht is ongelijk van lengte en merkbaar onderhevig aan de wisselingen van het seizoen. Is warm en bestaat uit een lichte ondervacht bedekt met een waterdichte bovenvacht. De vacht is niet pluizig. De vachttextuur kan vari�ren naar gelang de vachtkleur. De vacht is korter op de schouders , naar de staart toe langzamerhand langer wordend. Een lichte kraag van voren is gewenst; onregelmatig behaard 'broekje', lang en vol vanaf de maag. Een lichte ondervacht kan aanwezig zijn.

Kleur: De witte rand langs de kin en de liplijn is toegestaan, doorlopend tot aan de hals, behalve bij de effen kleuren. Elke hoeveelheid wit is toegestaan. Alle traditionele kleuren zijn toegestaan. Niet toegestaan zijn de Siamezen kleuren en aftekening en alle Burmezen kleuren.

 

� 2007-2010 Magic Coonie